Antwoorden schriftelijke vragen de openbare inschrijving voor geliberaliseerde pacht op gemeentelijke strategische gronden
Onderstaande antwoorden hebben wij van het college van B&W ontvangen op SV die we stelden over de openbare
inschrijving voor geliberaliseerde pacht op gemeentelijke strategische gronden:
Geachte heer, mevrouw,
Op 30 augustus ontvingen wij schriftelijke vragen van de fractie van HAP over de openbare
inschrijving voor geliberaliseerde pacht op gemeentelijke strategische gronden.
Onderstaand treft u de beantwoording aan.
Vraag 1. Kunt u aangeven om hoeveel hectare agrarische gronden het gaat?
Antwoord:
In totaal hebben wij ca. 500 ha. aan agrarische gronden in de strategische voorraad in
eigendom. Bij de openbare inschrijving wordt hiervan ca. 220 ha. aangeboden. Dit betreft alleen
de lauwe en koude gronden (gronden die naar verwachting vanaf 5 jaar in exploitatie worden
genomen).
Vraag 2. Kunt u aangeven wat de huidige pachtprijzen zijn per hectare per jaar?
Antwoord:
Voor de liberale pachtovereenkomsten bedraagt de huidige pachtprijs€ 900/ha. per jaar.
Voor de reguliere pachtovereenkomsten bedraagt de pachtprijs voor 2019 € 501/ha. per jaar.
Reguliere pacht is gebonden aan dwingende regels. Zo is bijvoorbeeld tussentijdse beëindiging
niet mogelijk en is de pachtprijs wettelijk gemaximaliseerd, ook wordt de pachtprijs jaarlijks
bepaald. Bij geliberaliseerde pacht gelden een groot deel van deze dwingende regels niet. De
pachtprijs kan door de gemeente zelfstandig worden bepaald en contracten eindigen na afloop
van de afgesproken termijn (maximaal 12 jaar). Voor het beheer van onze agrarische gronden is
geliberaliseerde pacht daarom de optimale contractvorm.
Vraag 3. Heeft u deze ervaring meegenomen in uw overweging en hoe heeft u de negatieve
aspecten die hierbij spelen afgewogen tegen de positieve aspecten ?
Antwoord:
Het belangrijkste uitgangspunt bij het verpachten van onze agrarische gronden door middel van
openbare inschrijving, is geweest om onze gronden openbaar, transparant en marktconform te
verpachten. Dit om de markt aan te spreken en om meerdere partijen de kans te geven om
onze gronden te pachten. Daarbij was het wel de verwachting dat bij een openbare inschrijving
de pachtprijs hoger zal zijn dan de huidige pachtprijs voor geliberaliseerde
pachtovereenkomsten. Dit kan ons helpen om het tekort op de jaarlijkse exploitatielasten van
de strategische gronden kleiner te maken.
Het enige negatieve aspect dat wij zien is dat de geboden pachtprijzen achteraf voor de
pachters te hoog blijkt te zijn. Wij zijn van mening dat de inschrijvende agrariërs zelf goed
kunnen bepalen welke pachtprijs zij zich kunnen veroorloven, waardoor wij verwachten dat het
negatieve effect zal meevallen.
Vraag 4. Welke directe aanleiding of motief ligt hieraan ten grondslag?
Antwoord:
Vanuit de wens tot professionalisering van het vastgoedbeheer, willen wij het huidige beheer
van de agrarische gronden aanpassen. Het doel is daarbij om de gronden openbaar, transparant
en marktconform te verpachten en om het administratief beheer te optimaliseren. Door
langere contracten, twee tot vier jaar, af te sluiten in plaats van de huidige termijn van een jaar,
is er meer zekerheid over de inkomsten en minder administratie. Daarnaast is de verwachting
dat door de openbare inschrijving pachters een hogere prijs gaan betalen waardoor het tekort
op de kapitaallasten van de strategische gronden kleiner wordt. Daarnaast is het ook voor
pachters interessant, omdat zij de gronden voor een langere termijn kunnen pachten.
Vraag 5. Kunt u ons aangeven hoe het nieuwe pachtbeleid zich verhoudt tot de Kamerbrief die
minister Schouten over ditzelfde onderwerp eerder dit jaar verstuurd heeft en de hierin
geformuleerde visie voor de lange termijn?
Antwoord:
De kamerbrief van minister Schouten ziet toe op reguliere pacht. De gronden voor de openbare
inschrijving worden verpacht door middel van geliberaliseerde pacht. De kamerbrief is daarom
niet van toepassing op de gemeentelijke strategische gronden en de openbare inschrijving.
Vraag 6. Dit puntensysteem ziet HAP als nadeel voor onze lokale agrariërs. Kunt u uitleggen
waarom u in het puntensysteem een hogere score toedicht aan financiën dan voor elke km
afstand tot het perceel?
Antwoord:
Het secundaire doel van de openbare inschrijving is om voor de strategische gronden het
financieel tekort te verminderen en het administratief beheer te optimaliseren. Om deze reden
hechten wij belang aan een zo hoog mogelijke pachtprijs. Het voorrang geven aan lokale
ondernemers is daarnaast op grond van het gelijkheidsbeginsel niet toegestaan. Door het
gebruik van een puntensysteem is de verwachting wel dat lokale ondernemers beter gaan
scoren dan ondernemers van buiten de gemeente.
Vraag 7. Heeft u genoemde financiële risico bij een meerjarige verplichting met een
vruchtwisselingsschema meegewogen?
a. Zo ja, wat is uw overtuiging dat dit haalbaar is voor pachters.
Antwoord:
Dit is niet meegewogen. Wij zijn van mening dat de agrariërs die zich inschrijven een goed
inzicht hebben in hun eigen bedrijfsvoering en de mogelijkheden van de te pachten percelen.
De agrariërs zijn dan ook goed in staat om dit bedrijfsmatige risico in te schatten bij het
indienen van hun biedingen. Daarnaast kunnen agrariërs maximaal 50% van hun eigen areaal
van de gemeente pachten, waardoor onze gronden niet de hoofdmoot van hun inkomsten
zullen worden.
b. In hoeverre verhoudt het nieuwe pachtbeleid zich tot de bodemstrategie (Kamerstuk
30015, nr. 54)?
Antwoord:
De gemeentelijke pachtgronden zijn strategische gronden die op termijn ontwikkeld zullen gaan
worden. Duurzaam agrarisch gebruik is daarom geen hoofddoel van het beheer van deze
gronden. Om die reden is er niet gekeken naar dit kamerstuk. Overigens wordt uitputting van
de grond tegengegaan door het voorschrift dat er jaarlijkse wisselteelt moet plaatsvinden.
Daarnaast is ten behoeve van de biodiversiteit bepaald dat er een zone met inheems bloemrijk
kruidenmengsel wordt ingezaaid. Ook is aangegeven dat er een mest- en spuitvrije strook moet
worden toegepast.
Vraag 8. Kunt u aangeven welke voorstellen L.T.0 heeft ingebracht en welke zijn overgenomen?
Antwoord:
Door LTO zijn de volgende voorstellen ingebracht:
Vragen:
- Het pachten van de gemeentelijke strategische gronden toegankelijk maken voor meer
geïnteresseerden; - Het opstellen van een 1 jarig geliberaliseerd pachtcontract met een stilzwijgende verlenging
tot 4 jaar, met een pachtprijs volgens de regionorm; - Een leeftijdsgrens van maximaal 65 jaar;
- Voorrang voor LTO leden;
- Het hoofdinkomen van de pachter moet agrarisch zijn (inkomen moet uit het bedrijf
komen).
Duurzaamheidsvoorwaarden:
- Het verplichten van twee keer telen van graan/gras + groenbemesting bij een verpachting
van 4 jaar; - Langs watervoerende sloten telen van akkerranden 3 meter breed, valt onder het collectief;
- Geen certificering aan koppelen;
- Afstandscriterium in een straal van 5 km vanaf bedrijfsadres ingeschreven bij de kvk.
Overgenomen:
- Het pachten van de gemeentelijke strategische gronden toegankelijk maken voor meer
geïnteresseerden: Om meer geïnteresseerden in aanmerking te laten komen is een
openbare inschrijving het meest geschikte middel; - Het hoofdinkomen van de pachter moet agrarisch zijn (inkomen moet uit het bedrijf
komen) - Het verplichten van twee keer telen van graan/gras + groenbemesting bij een verpachting
van 4 jaar: Dit is overgenomen door het verplichten van wisselteelt (het ene jaar oogstteelt
en het volgende jaar maaiteelt); - Langs watervoerende sloten telen van akkerranden 3 meter breed, valt onder het collectief:
In de uitgangspunten zijn voorwaarden opgenomen voor het inzaaien van akkerranden en
het bemesten van de percelen; - Geen certificering aan koppelen.
Vraag 9. Kunt u aangeven welke punten niet zijn overgenomen en waarom?
Antwoord:
- Het opstellen van een 1 jarig geliberaliseerd pachtcontract met een stilzwijgende verlenging
tot 4 jaar, met een pachtprijs volgens de regionorm: Het stilzwijgend verlengen van een
geliberaliseerde pachtovereenkomst is niet toegestaan. De regionorm op geliberaliseerde
pachtovereenkomsten is niet van toepassing (uitsluitend bij reguliere pacht). Door aan te
sluiten bij deze norm zou het tekort op de kapitaallasten alleen maar toenemen terwijl het
doel is om dit tekort te verminderen. - Een leeftijdsgrens van maximaal 65 jaar: Dit is in strijd met het gelijkheidsbeginsel.
- Voorrang voor LTO leden: Dit is in strijd met het gelijkheidsbeginsel.
- Een afstandscriterium in een straal van 5 km vanaf bedrijfsadres ingeschreven bij de KvK:
Het uitsluiten van agrariërs buiten een bepaalde afstand of van buiten de gemeente is in
strijd met het gelijkheidsbeginsel. Om de factor afstand wel mee te laten wegen zijn er
afstandscriteria toegevoegd aan de puntentelling.
Vraag 10. Heeft u hier een verklaring voor?
Antwoord:
Nee, hier hebben wij geen verklaring voor. De communicatie met LTO over de herinrichting van
de Rijnlanderweg is niet optimaal geweest. We zijn in gesprek met omwonenden en
vertegenwoordigers van LTO over verbetervoorstellen.
Ten aanzien van het pachtbeleid herkennen wij dit signaal niet. Wij hebben een
informatiebijeenkomst gehouden over het voorgenomen nieuwe pachtbeleid en iedereen heeft
daarna ruim 2 maanden de gelegenheid gehad hierop te reageren. Deze reacties zijn verwerkt
in het uiteindelijke voorstel. Daarnaast heeft de Wethouder Agrarische Zaken nog een apart
overleg gevoerd met het LTO-bestuur waarbij de wethouder heeft aangegeven hoe met de
reacties is omgegaan. LTO heeft ons daarna in een brief bedankt voor het prettige gesprek.
Vraag 11. Bent u bereidt om met L.T.O. over dit onderwerp in gesprek te gaan om zo
misverstanden, miscommunicatie en onvrede weg te nemen?
Antwoord:
Tweemaal per jaar heeft de Wethouder Agrarische Zaken een regulier overleg met de besturen
van LTO, afdeling Haarlemmermeer, LTO-Glaskracht en de STIVAS.
Daarnaast wordt LTO, evenals andere betrokkenen, bij ontwikkelingen uitgenodigd te
participeren.
Over de herinrichting van de Rijnlanderweg zijn wij met LTO in gesprek en wij verwachten
eventuele onvrede weg te kunnen nemen.
Wij zijn van mening dat er geen sprake is van gebrekkige communicatie en participatie.
Wij verwachten u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
burgemeester en wethouders.