HAP stelt vragen over stankoverlast
HAP doet een urgente oproep aan het college. Aanleiding van deze oproep is de dagelijkse stankoverlast die bewoners rondom De Meerlanden in Rijsenhout ervaren in hun directe woon- en leefomgeving, veroorzaakt door De Meerlanden.
Deze stankoverlast welke omwonenden definiëren als een ‘zure penetrante lucht die op de keel slaat’ ervaren zij sinds De Meerlanden gebruik maakt van het duurzame proces van vergisting via een zogenaamd digestaat proces waar bio-energie vrijkomt. Een proces waarbij 42000 ton afval vergist wordt tot compost in vijf tunnels. De huidige tunnels kunnen op dit moment maar 30000 ton vergisten. Om toch aan de 42000 ton te kunnen voldoen is nu een vergunning verleend aan De Meerlanden om uit te breiden naar zeven tunnels. Het vraagt geen hogere wiskunde om te begrijpen dat met de uitbreiding naar zeven tunnels de stankoverlast alleen maar meer wordt. Al meerdere malen hebben de (georganiseerde) omwonenden hun hulpvraag bij het college neergelegd via brieven, inspraak in de Raad en door middel van overleg(gen) met De Meerlanden zelf. Sinds het inzetten van het vergistingsproces door De Meerlanden ervaren zij de vreselijke stankoverlast (2011). De portefeuillehouder heeft in maart 2013 antwoord gegeven op de inspraak van de bewoners, d.d. 6 februari 2013. Er waren klachten aanwezig, maar geconstateerd werd dat het klachtenpatroon vooralsnog dusdanig laag is – respectievelijk twee in 2012 en zeven in 2013 – dat er geen sprake was van een structureel klachtenpatroon. Er werd aangegeven dat het incidentele klachten betrof welke vallen binnen de normen en er daardoor geen aanleiding was om een geuronderzoek te eisen. De Meerlanden beroept zich volgens de omwonenden continu op verklaarbare zaken waardoor de stankoverlast aan de orde is: ‘Filter werd net vervangen’ of ‘De deuren stonden net tegenover elkaar open’. De Meerlanden erkent de stank, immers zij heeft zelf rondom het terrein grote ‘WC blok verfrissers’ opgehangen om de stank te maskeren. Tevens geeft De Meerlanden aan niet te weten waardoor de stank wordt veroorzaakt. Zij geven aan er alles aan te doen om dit op te lossen. Dit oplossen duurt nu al meer dan 2 jaar zonder resultaat. De buurtbewoners hebben sinds het antwoord van de portefeuillehouder in maart 2013 hun dagelijkse klachten m.b.t. de stankoverlast zelf bijgehouden en hun klachten ook via een klachtenprocedure bij Provincie Noordzeekanaalgebied gedeponeerd. Daar is een meervoud van klachten binnengekomen volgens de inwoners, echter krijgen zij geen inzage in het totaal. De Meerlanden – die overigens ISO- gecertificeerd zijn – houden klachten van bewoners niet bij. Wel hebben omwonenden op een bewonersbijeenkomst georganiseerd door De Meerlanden kortgeleden, 3 juni jl. boekjes meegekregen ‘Meerlanden Geurpanel logboek’ waarin de omwonende hun klachten kunnen noteren en ook een gradatie kunnen aangeven van de stanklucht. Het is onduidelijk wat de omwoners ná het invullen met de boekjes (100 pagina tellend) moeten doen. Hedenmorgen heeft mijn fractie wederom een telefoontje ontvangen van een van de buurtbewoners, boos, met een gevoel van onmacht, maar vooral teleurgesteld dat de bewoners de indruk hebben dat hun probleem niet serieus wordt genomen. Letterlijke woorden: ‘We zijn het nu echt zat en pikken het niet meer’. Mijn fractie heeft de volgende dringende vragen; 1. In hoeverre is het college het eens met mijn fractie dat de stank dagelijks aanwezig is en in ernstige mate de leef – en woonomgeving van de inwoners van Rijsenhout en omwonenden rondom De Meerlanden in serieuze mate aantast? 2. In hoeverre deelt het college de mening van HAP dat de uitbreiding naar zeven tunnels de stankoverlast – gedefinieerd als zijnde ‘een zure penetrante lucht die op de keel slaat’ – zal doen verergeren? 3. In hoeverre deelt het college de mening van mijn fractie dat het ophangen van grote ‘WC blok verfrissers’ geen oplossing is voor de kern van het probleem, maar een geur maskerende maatregel is voor de stanklast? 4. In hoeverre is het college op de hoogte van het feit dat De Meerlanden niet weet waar de stank vandaan komt? 5. In hoeverre gaat het college actief in gesprek met De Meerlanden om dagelijks onderzoek te laten verrichten door een derde onafhankelijk instantie (bijvoorbeeld TNO) om na te gaan waar de stank door wordt veroorzaakt en hoe als dan dit probleem voortvarend wordt aangepakt? 6. Kan het college het aantal stankklachten gedeponeerd bij het Noordzeekanaalgebied aan mijn fractie doen toekomen? Hoeveel klachten zijn er sinds maart 2013 tot 17 juni 2014 en wat betreft de klachten? 7. In hoeverre is de stankoverlast die zich kenmerkt door een ‘zure penetrante lucht die op de keel slaat’ al dan niet gegrond verontrustend voor de volksgezondheid? Kunt u in uw antwoord meenemen hoe u tot die conclusie bent gekomen. 8. In hoeverre kan gewacht worden met de uitbreiding naar zeven vergisting-tunnels totdat de kern van het stankoverlastprobleem is opgelost?